Koemelkallergie, daar gaan we weer.
Het zat er natuurlijk aan te komen dat Manu ook een koemelkallergie zou krijgen. Noé heeft er last van, Bram heeft het gehad en beide hebben we een erfelijke aanleg voor allergieën. En ja hoor, de klachten werden bij Manu steeds beter zichtbaar. Hoe het nu gaat (in combinatie met het coronavirus) lees je in dit artikel.
Laten we even bij het begin beginnen. Manu kreeg vanaf de geboorte flesvoeding. Hier heb ik bewust voor gekozen (hier ga ik nu even niet verder op in, dat komt in een ander artikel). Eigenlijk vanaf het begin had hij moeite met poepen. Op zich niet erg vertelde de verloskundige in het ziekenhuis. We moesten het daarom maar even aankijken samen met de kraamhulp. Dus zo gezegd, zo gedaan. Maar ook na dat de kraamhulp weg ging bleef hij er last van houden. Hij poepte heel weinig, had erg veel krampjes en kon echt krijsen van de pijn. Toen we onze eerste afspraak bij het consultatiebureau hadden bespraken we dit dan ook gelijk. Maar die zag op dat moment nog niet voldoende aanknopingspunten voor een KMA. Probeer maar eerst even andere voeding werd ons geadviseerd.
Over op de Nutrilon Omneo
Nutrilon Omneo word vaak geadviseerd voor kindjes met krampjes en/of moeizame ontlasting. Klinkt aannemelijk dat het hier dus beter van moet worden toch? Dat dachten wij in ieder geval wel. En het leek ook beter te gaan. Hij begon in eens iedere dag te poepen en huilde al een stuk minder. Toch was er toch nog iets niet helemaal pluis. Want na een paar dagen begon Manu ook over zijn hele gezicht uitslag/eczeem te krijgen.
Dat was voor ons de druppel
Het zien van die huid reactie gaf mij het laatste zetje. Het is écht een koemelkallergie. Ik herken té veel symptomen bij Manu die ik ook bij Noé heb gezien. De huid, het vele spugen, de ontroostbare huiltjes en krampen. Het duurde even voor ik het consultatiebureau weer te pakken kreeg, maar al snel waren ze het met mij eens en moest ik vooral beginnen met Pepti. Dus nog voor in Nederland de Coronacrisis uitbrak kocht ik een pot Pepti en Johannesbroodpitmeel. Johannesbroodpitmeel is een poeder die je bij de voeding in de fles doet om er voor te zorgen dat de voeding dik word zodat hij minder snel weer omhoog komt.
Gelijk resultaat!
Al na 2 flessen zagen we een verschil in Manu. Hij was écht een stuk rustiger na de fles en poepte goed. De krampjes werden veel en veel minder en ook gaf hij minder over. Zoals ik al verwachtte, een koemelkallergie dus. Ik kreeg van het CB een verwijzing naar de kinderarts zodat we een dubbel blinde provocatie test konden gaan doen. Dit word gedaan om vast te stellen of het daadwerkelijk een KMA is en op basis daarvan krijg je de voeding vergoed. En geloof mij, dat wil je want een pot pepti kost al snel 35 euro.
En toen gooide het Coronavirus roet in het eten
Door het virus was het niet meer mogelijk een afspraak te maken met de kinderarts. Alle afspraken werden afgebeld en uitgesteld. Het was dus nog maar de vraag of wij überhaupt een vergoeding zouden gaan krijgen. Gelukkig stemde de kinderarts in tot een telefonisch consult. Ik had hem namelijk uitgelegd dat wij ook écht met de rug tegen de muur staan. Pepti werkt voor ons mannetje, maar ik kan het mij (zeker nu niet) permitteren om 35 euro per pot per week uit te geven aangezien ik als ZZP’er ook geraakt word door het virus.
Tijdens dit consult met de kinderarts bespraken wij al Manu zijn klachten. Ook kreeg ik nog wat extra adviezen om bijvoorbeeld minder voedingen te gaan geven en de voeding die hij krijgt nog wat dikker te maken. Zo geeft hij minder over en kan zijn buikje de voeding rustig verwerken. Dit werkt echt top voor ons. Daarnaast heeft de kinderarts een recept uitgeschreven voor 6 maanden. Wij krijgen dus (gelukkig) de pepti vanaf nu vergoed. Dit scheelt ons enorm veel kopzorgen! Over een poosje worden we weer door de kinderarts gebeld en gaan we kijken of er al een provocatietest kan gaan plaats vinden.
Voor nu gaat alles goed, zijn huid is rustiger en zijn buikje ook. En een ding scheelt, we hebben ervaring met een baby met koemelkallergie en weten dus sneller welke signalen we moeten oppikken.